KVS

Interview met Alesandra Seutin

Rokia Bamba interviewt Alesandra Seutin over haar nieuwe creatie Mimi's Shebeen. Multitalent Rokia is een DJ, radiomaker, sound explorer & artiviste. Ze is een enthousiaste positieve stem in de Brusselse scene, omnipresent in diverse subculturen en op dito podia, van RTBF tot StuBru, van Parijs tot Frankfurt. 

Wie ben je vandaag, nu, op dit moment? 

Wel, ik ben Alesandra Seutin, een kunstenares, die ervan houdt een ruimte te animeren, te doen leven, te transformeren, en ook de mensen die zich er bevinden te transformeren, voor het leven of gewoon tijdelijk.

Je bent vertrokken uit België, maar kwam ook terug. Hoezo?

Mijn vertrek naar Londen was cruciaal; het heeft me gevormd. Het was nodig om mijn ruimte in te nemen, zonder al die etiketten die me in België werden opgeplakt. Ik denk dat ik meer ‘gevormd’ ben door mijn vertrek dan door mijn terugkeer.

Je denkt veel na over het innemen van een ruimte. Waar komt het verlangen vandaan om je plaats in de ruimte in te nemen, en welke ruimtes zijn dat precies? 

Ik denk dat het al begon in mijn kindertijd. Hoewel ik in een groot appartement woonde, had ik zelden mijn eigen ruimte. Dus ik denk dat de drang om ruimte in te nemen al van kleins af aan begon. België verlaten was een eerste bewuste stap om mijn eigen ruimte te zoeken. Het begrip "een plaats krijgen of innemen" staat centraal in mijn werk. Ik probeer ook mijn plaats te vinden in grotere culturele instellingen zoals KVS, hoewel dat niet vanzelfsprekend is. Dit zijn plaatsen die niet vanzelfsprekend of noodzakelijkerwijs als ''van mij'' worden genoemd of er zo uitzien.

Waarom wilde je deze voorstelling maken?  

Mijn moeder zong vaak het lied "Nomeva" van Miriam Makeba. Ze vertelde veel verhalen over haar. Stel je voor dat je naar een ander continent vertrekt en niet naar je thuisland kunt terugkeren. Ik wilde haar verhaal vertellen, ook Miriam's idee van pan-Afrikanisme, van het altijd samenbrengen van verschillende culturen. 

De titel zat al sinds 2015 in mijn hoofd. Mimi is een bijnaam voor Miriam. En dan is de Shebeen de ruimte waarin het stuk zich ontwikkelt. Want een Shebeen is ook een lichaam, een plek voor mensen om hun ruimte in te nemen, om zich te uiten. 

Het gaat ook over onze voorouders en hoe Afrikanen omgaan met rouw...

Het stuk presenteert zich als een ritueel om onze voorouders te vinden, om ons als nakomelingen de kracht te geven om verder te leven. Het stuk begint eigenlijk aan het einde, bij de viering van Miriam Makeba's leven en dood. In Afrika is rouw niet per se iets waarbij je alleen maar huilt, maar ook lacht, danst, schreeuwt en zingt. Een shebeen creëren is een ruimte creëren waar we iets kunnen meemaken.

Wat betekent die Shebeen als ruimte voor jou?

Ik wil die Shebeen deconstrueren. Het is niet alleen een ritueel van rouw, van huilen. Het is ook een plek om ideeën en gevoelens uit te wisselen, te lachen, te dansen, te drinken, jezelf op te laden, jezelf te vinden, jezelf te vergeven, samen herinneringen te maken of te zoeken, herinneringen op te halen, het is een prachtige chaos van vele emoties. In Zuid-Afrika spreken we over iets dat "After the tears" heet, na tranen komt vreugde. En soms zie je bij evenementen dat mensen voluit lachen om vervolgens weer te gaan huilen omdat je herinneringen bij hen bovenhaalt ... aan alle veranderingen. Het is een ruimte binnen een ruimte binnen een ruimte, een uit-ruimte-ruimte, het gaat om empathie, jezelf inleven in het leven van de balling.

De doden in ons huis, zeggen we, zijn niet dood. Ze zijn onder ons. Dit is een reden om het leven te vieren. Wat wil je je publiek hiermee laten zien? 

Dat niets af is. Dat alles oneindig is. Dat je altijd weer kunt opbouwen. Dat het leven echt een cyclus is. Dat het einde het begin kan zijn. Er zijn oneindig veel mogelijkheden om te herbouwen en te reconstrueren, juist door al die voorouders, net zoals Miriam steeds weer deed: ze verliet Zuid-Afrika, kwam naar Amerika, ging terug naar Afrika, ging weer weg, werd verbannen, .... Dus het is echt heropbouwen en doorgaan en nu is ze er niet meer, maar zijn wij het die haar verhaal blijven vertellen. Het is continu, cyclisch, oneindig. Ik wil dat het stuk echt begint met veel dingen, maar eindigt met leegte. Om ruimte te laten voor mogelijkheden.